Geschreven door : Koen Driessens - Categorieën : Reviews De Stripspeciaalzaak

Trashed - Een ode aan de rotbaan aller rotbanen

Trashed - Een ode aan de rotbaan aller rotbanen

Vier jaargetijden vullis

Voor wie december nog niet duister genoeg is: John 'Derf' Backderf (56), de Amerikaanse undergroundcartoonist die twee jaar geleden zijn donkere jeugdherinneringen aan klasgenoot en serial killer to be Jeffrey Dahmer met ons deelde, verblijdt ons weer met een deprimerend boek. In Trashed volgt hij vier seizoenen lang door weer en wind enkele gemeentelijke vuilnismannen in hun uitzichtloze strijd tegen de groeiende afvalberg, zich baserend op zijn eigen ervaringen uit een jaar vuilnis ophalen. In 2002 tekende hij dit al eerder neer in een korte autobiografische en gelijknamige versie, aangevuld met nieuwe vullisavonturen in de vorm van webcomics in 2010 en 2011. De voorliggende versie is hierop gebaseerd, maar opgebouwd rond fictieve personages.

Helaas is er weinig fictiefs aan de feiten. Als een van de miljoenen plastic zakskes die op een stort rond dwarrelen en de vuilnismannen in hun gezicht vliegen, slaat Derf ons herhaaldelijk om de oren met cijfers over onze "planeet van afval". Aan 2,3 kilo per dag per persoon produceert de gemiddelde Amerikaan 92,5 kg afval per jaar, dit wil zeggen 353 miljoen ton per jaar in de Verenigde Staten. 30% daarvan zijn verpakkingen: "Het merendeel van onze troep is de troep waarin onze troep verpakt is", zucht hoofdpersonage JB, cum laude aan de unief afgestudeerd maar in een uitzichtloos baantje als gemeentelijk vuilnisman gesukkeld, zelf ook trashed dus. Van al die troep wordt in de VS amper 29% gerecycleerd: veel van de 20,3% duurzame goederen (meubels, apparaten, banden,...) belandt net zo goed op storten. Van illegaal gedumpt, giftig, in de bodem lekkend afval vergeven en methaangas verspreidende, gigantische storten tot 120 meter hoog. Het grootste stort, bij Las Vegas, is 9 km2 groot. Een groot deel van het afval wordt verscheept. Schroot is het belangrijkste Amerikaanse exportproduct naar China geworden. En dan hebben we het enkel over huishoudelijk afval: het industrieel afval in de VS wordt op bijna 7 miljard ton per jaar geschat (een grove onderschatting, met cijfers van dertig jaar geleden).

Toch is er goed nieuws, zo lijkt het: "Ik las ergens dat sommige economen vuilnis gebruiken als een economische indicator", zegt JB op ronde, "hoe meer afval op de stoep, hoe gezonder de economie!" "O ja?", reageert collega Mike, terwijl hij twee zakken naar vuilniswagen Betty sleept, "in dàt geval zijn de goeie tijden weer terug!" Ze stellen het zelf vast: in de betere wijken moeten ze meer vuilnis ophalen dan in de arme: hoe hoger het inkomen, hoe meer vuilnis een mens produceert. Geen wonder, in deze wegwerpmaatschappij waarin we aangemoedigd worden apparaten, die door hun voorgeprogrammeerde veroudering snel stukgaan, te vervangen door nieuwe. Je hebt consumeren en je hebt Amerikanen die consumeesten als de beesten. Europa, waar minder ruimte is voor storten, is volgens Derf "ingenieuzer met de verwerking" van het afval, onder meer met verbrandingsovens als energiecentrales.

De vuilnismannen in Trashed hebben dus aan werk geen gebrek. Stapels, hopen, bergen afval zeulen zij van oprit naar ophaalwagen. Daar zijn echter nogal wat "executiestapels" bij: de niet verhuisde spullen van uit hun (door de bank ingenomen) huis gezette burgers. Steeds meer winkelleegstand (veroorzaakt door online shoppen) getuigt ook van dit sluipend maatschappelijk verval. Dat van die gezonde economie neem je dus maar met een korrel, zeg maar een bérg zout. "Je moet de economie zien als een gigantisch spijsverteringskanaal" filosofeert JB, "en wij staan hier aan het poepgat van de vrije markt om 't allemaal op te ruimen."

De manier waarop we onszelf begraven in afval is volgens Derf typisch voor onze doldraaiende en scheefgegroeide klassenmaatschappij, waarvan de vuilnismannen de doodgravers zijn die tegelijk hiervan getuige zijn én het smerigste en ondankbaarste werk doen (geconfronteerd met burgers die klagen over een deuk in hun vuilnisbak of die gewoon de volle kattenbak bij het vuilnis zetten, inclusief dooie kat!).

Hoewel we goed bezig zijn onszelf de das om te doen, kan er toch gelachen worden. Met de pers van de vuilniswagen die zakjes met babypoep tot luierbommen maakt of een concerto in vuil mineur brengt bij het vermorzelen van een piano. Met de rivaliteit tussen de gemeentelijke diensten, de halfgare collega's of het kloten van respectloze burgers (beledig nooit een vuilnisman die ook hondenstront ruimt!).

Er zit maar één ding op, profeteert Derf, en dat is: consuminderen en minder afval produceren. Dat betekent echter van levensstijl veranderen en een wegwerpcultuur van zestig jaar wegwerpen. Gezond verstand volgen boven gemak. Zijn conclusie: dat gaat dus niet gebeuren. Ook al niet omdat er zoveel geld omgaat in de afvalindustrie. In de VS alleen al 55 miljard dollar. Met andere woorden: we're so screwed. En dat verbeeldt Derf mooi in de afsluitende platen van een almaar groeiende afvalhoop rond een vuilnisvat, met op het laatste plaatje ook een tekentafel. Laten we hopen dat Derf daar niks mee bedoelt en dat hij ons nog lang donkere en deprimerende boeken mag schenken. Die we nooit zullen weggooien, beloofd.