Geschreven door : Mario Stabel - Categorieën : Reviews De Stripspeciaalzaak

Styx - Of: de zesplankenkoorts

Styx - Of: de zesplankenkoorts

Ars moriendi

Eerlijk gezegd waren we niet zo'n grote fan van Peter Pontiac (né Peter Pollmann). Zijn stijl was duidelijk schatplichtig aan Robert Crumb en de bijhorende Amerikaanse undergroundscene en die ligt hier nu niet echt in de bovenste schuif. Over het algemeen houden we namelijk niet zo van een tekenstijl die echt niks meer aan de verbeelding overlaat. Toen we echter in het voorjaar van 2012 Pontiacs retrospectieve zagen in de Openbare Bibliotheek van Amsterdam gingen we eindelijk overstag. Toegegeven, we kwamen vooral voor de schitterende architectuur van het hypermoderne gebouw en het enige echte Muizenhuis van Karina Schaapman, maar die Pontiac-tentoonstelling was een leuk toemaatje en zorgde ervoor dat we thuis zijn Kraut nog eens uit de collectie opdiepten.

Dat de man een liederlijk leven geleid had, met de nodige doses sigaretten, alcohol en andere verboden vruchten, wisten we al een tijdje, maar toch kwam vorig jaar de aankondiging van zijn nakend einde nog als een kleine verrassing. Ondanks zijn zware leverziekte leek de man ons immers haast onverwoestbaar. Om zijn laatste worp op de winkelschappen te krijgen, zette hij nog een succesvolle crowdfunding op poten. Hij moest en zou zijn kruisweg nog aan het papier toevertrouwen en daar kon hij alle hulp bij gebruiken, ook financiële.

Zijn project rond 'de dood' was al aangekondigd na het verschijnen van Kraut in 2000, maar bleef een vaag idee waar hij ooit nog eens aan moest beginnen. Nu hij zelf Magere Hein in de oogkassen mocht kijken, was de tijd eindelijk rijp voor deze Styx. De dood kent echter geen lieve kinderen en bij zijn verscheiden op 20 januari 2015 liet de auteur een onafgewerkt boek achter. Maar wat voor een! De tekenaar maakt er geen diepdroevige elegie van over zijn laatste levensjaren, maar schenkt ons een machtige en passionele hymne vol twijfels, hoop en zelfspot. Ook al is het boek niet af, het voelt niet zo. Het nawoord van broer Joost Pollmann, de aanvullende schetsen en Pontiacs mailverkeer met vrienden en familie geven je een haast voyeuristische inkijk in 's mans laatste maanden en zo heb je nooit de indruk dat het verhaal niet verteld is.

Zonder aarzelen, zelfs zonder erbij na te denken, wilden we vorig jaar onze eigen kleine financiële bijdrage leveren aan dit werk. En zo zijn we heel blij dat onze naam nu achteraan in het boek prijkt tussen een grote groep gelijkgezinden die de auteur een laatste postuum succes wilden gunnen.