Geschreven door : Koen Driessens - Categorieën : Reviews De Stripspeciaalzaak

De vijf - 1. En het gestrande goudschip - 2. En de geheime doorgang

De vijf - 1. En het gestrande goudschip - 2. En de geheime doorgang

Feministisch jongensboek

Tussen 1942 en 1963 schreef de Britse kinderboekenschrijfster Enid Blyton eenentwintig delen in de avonturenreeks The famous five, bestaande uit de broers Julian en Dick, hun zus Annie, hun nicht Georgina en haar hond Tim. De vijf beleven op en rond Kirrin Eiland en ver daarbuiten de meest Jommeke-achtige avonturen, met een overvloed aan fabelachtige schatten, geheime gangen en raadselachtige mysteries. Toch wilde Blyton geen typische jongensboeken maken, want de hoofdrol erin gaat naar de tomboy "George": het meisje Georgina wil als een jongen behandeld worden. Voor de jaren 1940 was dat emancipatoir raar tot revolutionair. Vandaag minder zo. Door de verstripping in het tijdperk te laten spelen waarin de compleet aseksuele verhalen geschreven zijn, is Georges transseksualiteit minder anachronistisch. De auteurs steken er zelfs een eigen verklaring in: wanneer Annie een knipselboek met suffragettes vindt, oordeelt ze dat George zich als jongen voordoet "om als meisje toch respect te krijgen". Het kan het feministisch-historisch besef van jonge lezers maar ten goede komen...

Auteurs Nataël en Béja (vader/scenarist en zoon/tekenaar!) veroorloven zich — met toestemming van de erven Blyton — wel meer lichte aanpassingen aan een verder getrouwe chronologische verstripping van de reeks. Zo verschillen de kinderen iets meer in leeftijd van elkaar. Daar waar ze in de boeken allemaal rond de tien-twaalf jaar zitten, zijn Julian en vooral George nu duidelijk ouder dan Dick en benjamin Annie. Ook dat komt de verhouding tussen de personages ten goede, die in de boeken meer inwisselbaar zijn. De Franse auteurs van eerdere samenwerkingen, zoals het in de jaren 1990 bij Casterman verschenen De klauwen van het lot, hebben zich overigens niet slaafs laten leiden door de boeken. De inkortingen en vereenvoudigingen die ze door de aard van het medium noodgedwongen uitvoerden, komen de flow van het verhaal ten goede. De strips lezen zo zelfs vlotter dan de boeken, die nergens overladen of te uitleggerig overkomen. De knap gemaakte scenario’s passen bovendien goed bij de zwierige klare lijn van de tekeningen. Duidelijk te zien dat Béja’s grote voorbeelden Edgar P. Jacobs en Hergé zijn. Fijn ook dat de vertaalster zich aan oorspronkelijke titels en namen van de boekenreeks houdt.

Beleef je plezier aan pretentieloze nostalgische avonturenverhalen, dan sla je met De vijf geen slechte vangst aan de haak. Nataël en Béja zijn inmiddels al zes avonturen ver en het duurt nog wel even voor de vijver van de Vijf is leeggevist.