Geschreven door : Wouter Porteman - Categorieën : Reviews De Stripspeciaalzaak

Altijd ergens oorlog - 2

Altijd ergens oorlog - 2

En toen viel de bom

Er is altijd ergens oorlog. Niet nu, niet gisteren, maar een goede honderd jaar geleden kreeg de Westhoek het zwaar te verduren. Veel hoeven we daar niet meer over te vertellen, want iedereen kent inmiddels de iconische geschiedenis van het verwoeste middeleeuwse stadje Ieper, haar Yperiet, de slag bij Passendale, het soldatengraf van de echte Peter Pan en andere Tyne Cot Cemeteries. Maar amper twintig kilometer verder, weliswaar aan de Duitse kant, lag de handelsstad Roeselare. Door onafgebroken bombardementen was ook deze frontstad in een ruïne veranderd. De leeggeplunderde, half ingestorte huizen werden door voorbijtrekkende krijgsgevangenen als toilet gebruikt. Het wemelde overal van de ratten. Nog slechts enkele honderden inwoners bleven angstig en volhardend in deze door de Duitsers bezette spookstad wonen. De geallieerden bekommerden zich niet om hun lot. Hun oorlogsgeschiedenis werd doodgezwegen. Zij waren niets. Zij waren ballast. Zij waren Duits grondgebied. Ook in dit tweede deel lezen we mee met de kleine Marie. Nauwgezet noteerde het meisje elke gebeurtenis in haar dagboekje. Hoe ze genoot van het verse vlees van een pas gebombardeerd paard, hoe zelfs de pastoors wegvluchtten uit de ellende en hoe moeilijk het was om te overleven tussen en met de steeds meer vertwijfelende Duitsers. Ze had het niet gemakkelijk. Maar haar krijgsgevangenen papa die kon ontsnappen en nu ergens in Nederland ronddwaalde, zou en moest trots op haar zijn. En toen viel er weer een bom.

Dat we geweldig uitkeken naar het tweede deel van Altijd Ergens Oorlog is heel zachtjes uitgedrukt. De avonturen van Marie waren voor ons immers een van de verrassingen van 2016. Vanuit het amateurcircuit piloteerde Jimmy Hostens zichzelf als de bastaardzoon van Régis Loisel. Zonder schroom combineerde hij diens gekende karikaturale stijl met een geweldige paginaopbouw. Of het nu een kapotgeschoten lijk of een luchtaanval is, Hostens koos steeds voor het shot met maximale impact én neutraliseerde dit geweld terzelfdertijd met een sobere paginaopbouw. Schrijver, muzikant en duivel-doet-al Rino Feys pakte ons bovendien helemaal in met zijn Willem Elsschotse aanpak. Het bleek een kwalitatieve én commerciële succesformule. Een eerste oplage van duizend exemplaren was in amper een paar weken tijd uitverkocht. Volkomen terecht.

Deel 2 bevestigt al het goede van de eersteling. De teksten van Feys dartelen over het papier en Hostens charlestonstijl maakt zelfs het vuilste van deze oorlog verteerbaar. Maar toch hadden we stiekem op meer gehoopt. In hun vernieuwingsdrang liet het duo na om de deur naar de Belgische striptop echt in te beuken. Het zit 'm in enkele keuzes. Feys ging zo op in het dagboekformat dat deze Altijd Ergens Oorlog meer lijkt op een geïllustreerd boek dan op een graphic novel. Dit werd nog versterkt door het eerbetoon van Jimmy Hostens aan zijn ander grafisch voorbeeld, Jacques Tardi. Net zoals in diens Ik René Tardi, Krijgsgevangene in Stalag IIb, koos de Roeselarenaar consequent voor paginabrede prenten. Beide keuzes zorgden ervoor dat we nu genieten van een artistiek knap, opvallend boek. Maar terzelfdertijd hebben de auteurs zichzelf beroofd van twee van hun sterke wapens, namelijk geloofwaardige dialogen en een knallende paginaopbouw. Jammer. En toch weer niet, want de strip blijft een binnenkomer van formaat.

Altijd Ergens Oorlog is een machtig tweeluik geworden over de vergeten zijde van de vuile loopgravenoorlog. Een graphic novel om te ontdekken.