Wind der goden, de - 15: De wonderbaarlijke reis

We schrijven het jaar 1280. Tchen-Qin, samoerai van de almachtige heer Oshigaka, gaat met twaalf metgezellen op weg om een bende opstandelingen uit te roeien. Maar de weg die de jonge krijger neemt om de strijd tegen zijn vijanden aan te binden, voert door het dodenrijk en strekt zich uit tot aan de grenzen van de wereld... Gioux, Adamov en Cothias geven een perfecte beschrijving van de tradities en de gewelddadige schoonheid van het antieke...

We schrijven het jaar 1280. Tchen-Qin, samoerai van de almachtige heer Oshigaka, gaat met twaalf metgezellen op weg om een bende opstandelingen uit te roeien. Maar de weg die de jonge krijger neemt om de strijd tegen zijn vijanden aan te binden, voert door het dodenrijk en strekt zich uit tot aan de grenzen van de wereld... Gioux, Adamov en Cothias geven een perfecte beschrijving van de tradities en de gewelddadige schoonheid van het antieke...

We schrijven het jaar 1280. Tchen-Qin, samoerai van de almachtige heer Oshigaka, gaat met twaalf metgezellen op weg om een bende opstandelingen uit te roeien. Maar de weg die de jonge krijger neemt om de strijd tegen zijn vijanden aan te binden, voert door het dodenrijk en strekt zich uit tot aan de grenzen van de wereld... Gioux, Adamov en Cothias geven een perfecte beschrijving van de tradities en de gewelddadige schoonheid van het antieke...

We schrijven het jaar 1280. Tchen-Qin, samoerai van de almachtige heer Oshigaka, gaat met twaalf metgezellen op weg om een bende opstandelingen uit te roeien. Maar de weg die de jonge krijger neemt om de strijd tegen zijn vijanden aan te binden, voert door het dodenrijk en strekt zich uit tot aan de grenzen van de wereld... Gioux, Adamov en Cothias geven een perfecte beschrijving van de tradities en de gewelddadige schoonheid van het antieke...

We schrijven het jaar 1280. Tchen-Qin, samoerai van de almachtige heer Oshigaka, gaat met twaalf metgezellen op weg om een bende opstandelingen uit te roeien. Maar de weg die de jonge krijger neemt om de strijd tegen zijn vijanden aan te binden, voert door het dodenrijk en strekt zich uit tot aan de grenzen van de wereld... Gioux, Adamov en Cothias geven een perfecte beschrijving van de tradities en de gewelddadige schoonheid van het antieke...

We schrijven het jaar 1280. Tchen-Qin, samoerai van de almachtige heer Oshigaka, gaat met twaalf metgezellen op weg om een bende opstandelingen uit te roeien. Maar de weg die de jonge krijger neemt om de strijd tegen zijn vijanden aan te binden, voert door het dodenrijk en strekt zich uit tot aan de grenzen van de wereld... Gioux, Adamov en Cothias geven een perfecte beschrijving van de tradities en de gewelddadige schoonheid van het antieke...

We schrijven het jaar 1280. Tchen-Qin, samoerai van de almachtige heer Oshigaka, gaat met twaalf metgezellen op weg om een bende opstandelingen uit te roeien. Maar de weg die de jonge krijger neemt om de strijd tegen zijn vijanden aan te binden, voert door het dodenrijk en strekt zich uit tot aan de grenzen van de wereld... Gioux, Adamov en Cothias geven een perfecte beschrijving van de tradities en de gewelddadige schoonheid van het antieke...

We schrijven het jaar 1280. Tchen-Qin, samoerai van de almachtige heer Oshigaka, gaat met twaalf metgezellen op weg om een bende opstandelingen uit te roeien. Maar de weg die de jonge krijger neemt om de strijd tegen zijn vijanden aan te binden, voert door het dodenrijk en strekt zich uit tot aan de grenzen van de wereld... Gioux, Adamov en Cothias geven een perfecte beschrijving van de tradities en de gewelddadige schoonheid van het antieke...

Nadat Tchen Qin de lijken van Mara en Kami heeft ontdekt, is hij nog slechts een koorddanser die balanceert op het slappe koord tussen de wereld van de doden en van de levenden, tussen schaduw en licht. Tchen leeft weer op als hij hoort dat hoog in het Tibetaanse gebergte de Migoe, ook wel Yeti genoemd, leeft en hij gaat op zoek naar deze "duivel", die naar verluidt onsterfelijk zou zijn. Een afgeronde en adembenemende aflevering van 'De wind...

We schrijven het jaar 1280. Tchen-Qin, samoerai van de almachtige heer Oshigaka, gaat met twaalf metgezellen op weg om een bende opstandelingen uit te roeien. Maar de weg die de jonge krijger neemt om de strijd tegen zijn vijanden aan te binden, voert door het dodenrijk en strekt zich uit tot aan de grenzen van de wereld... Gioux, Adamov en Cothias geven een perfecte beschrijving van de tradities en de gewelddadige schoonheid van het antieke...