Geschreven door : David Steenhuyse - Categorieën : Reviews De Stripspeciaalzaak

De vlucht van de Condor

De vlucht van de Condor

Klassieke leest

Met dit fraai uitgegeven album diept Reboot Comics een oud verhaal uit het Nederlandse stripblad Sjosji op. Wie de hardcover koopt, krijgt er nog een los toegevoegd dossier bij dat de voorgeschiedenis van de korte stripreeks uit de doeken doet en het perfectionisme van tekenaar Anco Dijkman duidelijk maakt. Dat gebeurt niet alleen in woord, maar ook in de vorm van afgekeurde pagina's die hij hertekende, meestal omdat de storytelling of de dynamiek in de eerste versie voor hem niet goed zat. Gelijk heeft ie!

Voordat het tot het lange verhaal De vlucht van de Condor kwam, maakten Dijkman en scenarist Jacques Post (De partners, De meimoorden) al drie korte verhalen van Soames & Co. Het eerste wil de tekenaar niet meer onder ogen zien. Zonde, want zo mist Reboot Comics een kans om een soort integrale van de complete reeks uit te geven en missen wij wat noodzakelijke inleiding om de personages beter te leren kennen. In eerste instantie is dat de Britse kapitein Soames die voor MI5, de binnenlandse veiligheidsdienst werkt. In De vlucht van de Condor krijgt hij in 1940, terwijl Londen wordt geteisterd door Duitse bommenwerpers, de duidelijk omschreven taak om de mysterieuze spion De Condor te pakken te krijgen en te voorkomen dat hij Engeland ontvlucht met wetenschapper Briggs die aan een nieuw project werkt. Deze laatste blijkt een oude liefdesrivaal te zijn van Soames, dus het is persoonlijk. Soames kan rekenen op een bescheiden team medewerkers, de "co" uit de reeksnaam, om zijn missie te volbrengen. Balfour is een voormalig gewichtheffer wiens kracht van pas komt, terwijl Rodgers de beste scherpschutter is die de kolonel van MI5 kent. En dan is er nog Fuzzy, de klungelende chauffeur van dienst, omdat er niemand anders beschikbaar was. Fuzzy kan je gerust vergelijken met Ernest Laverdure of Sonny Tuckson, de grappige sidekicks in respectievelijk de ernstige luchtvaartreeksen Tanguy en Laverdure en Buck Danny.

Het met vaart vertelde verhaal van Jacques Post is op klassieke leest geschoeid en doet denken aan die heerlijke weekbladperiodes van weleer, de jaren 1950 en 1960, toen jonge striplezertjes nog wekelijks naar de kiosk renden om het vervolg van hun geliefde avonturenreeksen te lezen, genre Jan Kordaat, Flip Flink, Blake en Mortimer en andere coryfeeën. Degelijke spanning verzekerd. Het realisme van Dijkman voegt daar een vintage scheut bovenop, terwijl zijn werk moderner oogt dan voornoemde stripvoorbeelden door een uitgekiende cameravoering, afwisseling en dynamiek door zijn bladschikkingen, die drie stroken per blad volgen, maar net zo goed doorbreken. De decors zijn knap uitgewerkt en heel geloofwaardig.

Dijkman heeft voor de publicatie in Sjosji al zijn pagina's hertekend met een andere pen omdat hij niet meer tevreden was over zijn eerste werk. Voor deze nieuwe albumversie paste hij hier en daar weer prenten aan, maar ook de inkleuring is volledig overnieuw gedaan. Het is een somberder palet geworden dat voor ons prima aansluit bij de oorlogsperiode.

Dijkmans stripproductie is niet uitgebreid. Bij Uitgeverij Personalia verscheen vorig jaar nog een album van zijn ook al oudere verhaal Scarlet Edge. Teleurgesteld in gebroken beloften en het moeizame proces door zijn eigen perfectionisme, koos de in 1965 geboren tekenaar medio jaren 1990 al voor een andere carrière waarbij hij nog steeds kon en kan tekenen (storyboards, 3D-ontwerper voor videogames en aanverwante zaken) en waarover hij ook les geeft. Reboot Comics deed er goed aan om een striphoofdstukje uit zijn verleden op te rakelen zodat lezers anno nu er ook (weer) van kunnen genieten.