Geschreven door : Ivo De Wispelaere - Categorieën : Reviews De Stripspeciaalzaak

Buck Danny - De integrale - 5: 1955-1956

Buck Danny - De integrale - 5: 1955-1956

Voor strip- en luchtvaartnerds

Sinds 2019 is dit al de vijfde integraal van Buck Danny, de Amerikaanse gevechtspiloot uit het weekblad Robbedoes die mee op de golven van de geschiedenis zijn avonturen beleeft. Na de integrales met zijn avonturen tijdens de Tweede Wereldoorlog, in het Midden-Oosten en boven het luchtruim van Korea, komen we deze keer in het Hoge Noorden terecht.

In "NC-22654" Antwoordt Niet Meer gaat Buck Danny op onderzoek nadat er een vliegtuigwrak wordt teruggevonden dat met kogels van een Amerikaans kaliber neergehaald is. Een groter en interessant complot ontvouwt zich, maar tegen zijn gewoonte in weet scenarist Jean-Michel Charlier het verhaal tot één album te beperken.

Gevaar in het Noorden en Buck Danny tegen Lady X vormen daarentegen een tweeluik. Buck Danny maakt eindelijk kennis met de vrouwelijke kwelduivel die hem ook hierna nog albums lang het vuur aan de schenen (en wat hoger) zal leggen. Lady X is eigenlijk gebaseerd op de Duitse Hanna Reitsch, een Duitse testpilote die onder Adolf Hitler letterlijk en figuurlijk hoge toppen scheert. Na de oorlog vliegt ze even in de gevangenis, maar daarna gooit ze zich weer op haar vooroorlogse passie: zweefvliegen. Voor haar naziverleden verontschuldigt ze zich nooit. Met Lady X maakt Charlier de denkoefening waarbij Hanna Reitsch na de oorlog zich niet terug in het burgerleven integreert, maar voor eigen rekening gaat werken. Als de gevierde testpilote Jane Hamilton laat hij zijn versie van Reitsch haar spionagediensten aan elke geïnteresseerde mogendheid verkopen. Uiteraard probeert deze blonde dame ook Buck Danny voor haar karretje te spannen, maar onze held blijft koel en zakelijk bij al haar pogingen om hem als agent in te lijven.

In deze huidige tijden komt de relatie van Danny met Lady X gedateerd over. Wanneer deze sloerie aan de haal gaat met luchtfoto's van een ultrageheime basis, palavert Danny met zijn vaste companen Tumbler en Tucson een pagina lang of ze Lady X wel mogen neerschieten, want het is tenslotte een dame!
— Hallo Buck!... Dag mag niet! Schieten op een vrouw! En vooral niet met ons drieën haar neerhalen... Dat is schandelijk!
— Eh... Dat weet ik wel!
Even daarvoor heeft ze net nog haar basis en personeel met één druk op de knop moedwillig opgeblazen. Wij zouden dat een slecht karakter noemen, maar de galante ridders van de lucht blijven wikken en wegen in hun oordeel. Ouderwetse hoffelijkheid of postmoderne positieve discriminatie? Het feit is alleszins dat Lady X zelf profiteert van de onenigheid bij haar achtervolgers.
— Wablief? Schieten die onnozele halzen me niet neer? Ha! Ha! Te ridderlijk, niet? Verduiveld! Er is nog niets verloren als ik tijd weet te winnen!
Ongewild bevatten de verhalen, die uit de tweede helft van de jaren 1950 stammen, dus een aantal dubbele bodems, die de lezers met gevoel voor ironie zeker zullen waarderen.

Ook zijn enthousiasme over het nieuwe wapentuig dat Danny onder ogen krijgt, wekt onbedoeld op de lachspieren. Nadat hij alle specificaties omtrent een gigantische fallische atoomraket en de bijhorende nakende kernproef aanhoort, antwoordt hij stoïcijns: "Dat zal een aardige knal geven!" Die knal mag Danny wat later zelf ondervinden wanneer hij per ongeluk in de buurt van de testsite neerstort.

Charlier smokkelt zoals steeds weer heel wat weetjes over luchtvaart in de albums. Hij was zelf een gecertificeerd piloot, zodat we weer heel wat bijleren over bijvoorbeeld snellozen (waar Lady X trouwens niks mee te maken heeft), positiebepaling via radiopeiling, enzovoort. Het vertraagt de leeservaring soms, maar de geïnteresseerde luchtvaartnerd zal smullen van deze informatie, ook al is ze ondertussen misschien ook al gedateerd. Wie liever niet uit de flow van het verhaal gehaald wil worden, kan die passages best overslaan en genieten van het avontuur pur sang.

Technologisch gezien, spreken we eigenlijk al over een afgesloten periode. De verhalen spelen zich af tijdens de Koude Oorlog en Danny vliegt nog met F9F Panthers, de eerste jets die op vliegdekschepen werden ingezet. Tijdens het verhaal zelf mag hij al overstappen op de nieuwe F11 Super Sabre. In die tijd volgden de nieuwe modellen en de technologische innovaties elkaar erg snel op, waardoor Danny doorheen de reeks met een brede waaier aan toestellen te maken krijgt. Dat is nu, zowel in de reeks als in werkelijkheid minder het geval. De huidige F16's van de Belgische luchtmacht bijvoorbeeld zijn al sinds eind jaren 1970 in dienst, en krijgen voortdurend elektronische upgrades, maar pas recent is de beslissing genomen om ze te vervangen door de Joint Strike Fighter, waarmee pas na veertig jaar op de vijfde-generatie gevechtstoestellen wordt overgestapt. Ook Buck Danny vliegt sinds Opdracht Apocalypsis (deel 41, 1983) langer dan verwacht rond met zijn F-14 Tomcat, die pas in de recentere albums door nieuwe Stealth-toestellen vervangen zijn.

Grafisch gezien komen de tekeningen van Victor Hubinon uit een ander tijdperk. De pagina-indeling is vrij braaf, met vaak een variant op de klassieke 4x3-indeling. Geen spectaculaire splash-shots zoals we tegenwoordig gewoon zijn, maar het leesritme komt daardoor vrij beheerst over. De originele inkleuring werd behouden en is al bij al vrij aangenaam. Het beperkte palet van pastelkleurtjes, dat in die tijd om druktechnische redenen bij Dupuis werdgebruikt, laat de zwart-witcontrasten, die Hubinon toepast in zijn inktwerk, daardoor heel mooi uitkomen. Dat blijft helaas niet zo in de albums die in de jaren 1960 verschijnen.

In de jaren 1980 bundelde Dupuis alle verhalen al eens in de omnibusreeks Buck Danny Speciaal, waarvoor toenmalig Buck Danny-tekenaar Francis Bergèse knappe coverschilderijen maakte. Die covers zijn helaas niet vermeld in het voor de rest uitstekende dossier dat uiteraard bij deze nieuwe integrale uitgave hoort. Voor de cover van deze integraal werd de omslagillustratie van "NC-22654" Antwoordt Niet Meer gebruikt, met een gereduceerde achtergrond zoals wel vaker bij integrales gebeurt. Het dossier van Patrick Gaumer focust niet alleen op de verhalen, maar ook op de evolutie van het stripweekblad Robbedoes in die periode en andere projecten die de auteurs naast Buck Danny aanpakten. Ook interessant leesvoer voor de geïnteresseerde stripnerd dus!