Geschreven door : Gert Meesters - Categorieën : In de pers

3 vragen aan Blutch

3 vragen aan Blutch

1. Is dit nu een hommage aan Baard en Kale?
Blutch: Ik zou het een herlezing noemen. Meer dan als stripauteur heb ik me hiermee als striplezer uitgeleefd. Mijn broer en ik zijn geen nieuwe ploeg die de serie voortzet. We hebben met onze eigen inspiratie één boek gemaakt. Het ging me echt om het tekenplezier. Ik kan mezelf helemaal laten gaan in zo'n imitatie. Vergelijk het met Blueberry-tekenaar Jean Giraud die Lucky Luke tekende in het weekblad Pilote. De tegenstelling tussen de stijlen werkte daarbij heel goed. Of al wat Picasso heeft gedaan met het werk van Manet of Velázquez.

2. Hoe heb je het stilistisch aangepakt?
Blutch: Ik heb niet te veel aan de personages willen veranderen. Zo hebben Baard en Kale nog altijd een soort knikkers als ogen, als Playmobil-mannetjes. Ik wilde het zeker niet te realistisch maken en heb me ook ingehouden met arceringen en fijne lijntjes. Zo bleef ik zonder te forceren dicht bij de stijl van tekenaar Will. Dat gaat me goed af.

3. Smaakt dit album naar meer?
Blutch: Dat hangt ervan af. Op zich is het niet zo'n probleem om de codes van een reeks te volgen. Die zijn eigen aan stripverhalen. Je mag gewoon niet te veel naar je voorgangers kijken. In plaats daarvan moet je tekenen naar de natuur om de stijl levendig te houden. Toch zou ik me snel verpletterd voelen door de druk als ik zoals Ferri en Conrad Asterix zou moeten rechthouden, met alle commerciële belangen die daarmee gepaard gaan.

Veel stripauteurs, zeker van de oudere generatie, worden de gevangenen van een systeem. Soms was dat een systeem van een tijdschrift, zoals Kuifje of Robbedoes, maar even vaak een gevangenis die ze voor zichzelf hadden gecreëerd. Franquin had bijvoorbeeld voor Pilote moeten gaan werken. Dan zou hij niet zo ongelukkig zijn geworden. Wij kunnen meer keuzes maken dan onze voorgangers. Wij vinden dat het werk ook voor de auteur zelf amusant moet blijven. Eigenlijk had Will dat al ontdekt. De laatste tien jaar van zijn carrière liet hij Baard en Kale vallen voor veel vrijere verhalen.